Duurzaamheid
Al vanaf het ontstaan van het bedrijf hebben Van der Grinten en zijn opvolgers in de leiding van het bedrijf zich de zorg voor mens en omgeving zeer ter harte genomen.
Duurzaamheid kent vele aspecten: milieubelasting, gebruik van energie en grondstoffen, gezondheid, etc., en de aandacht hiervoor vindt men in de geschiedenis van Oce dan ook in vele vormen terug.
Lodewijk was apotheker. Voor dat vak kies je als je mensen wilt helpen om zo gezond mogelijk te leven.
Lodewijk maakte medicijnen, maar hield zich ok bezig met de leefomgeving. Zoals het testen van drinkwater. Zijn grootste vinding, boterkleursel, bestond uit plantenzaden (annatto) en plantaardige oliën.
Toen bleek dat de arbeiders in zijn fabriek last kregen van het stof van de annattozaden en andere chemische stoffen, voorzag Frans van der Grinten ze van een persluchtmasker (1924). Het leverde hem een Eervolle vermelding en een gouden medaille van het Veiligheidsmuseum te Amsterdam op.
Van der Grinten bleef zulke beschermingsmiddelen ontwikkelen en produceren voor eigen gebruik, en bracht ze rond 1935 ook op de markt. Later (1958) werd deze activiteit ondergebracht in een apart bedrijf.
In 1927 ontwikkelde Louis van der Grinten een nieuw diazoproces waarin het omgevingsbelastende ammoniakgas niet meer nodig was. De vloeibare ontwikkelaar was reukloos en niet giftig.
Voor margarine werden ook (goedkopere) aniline-gebaseerde kleurstoffen vervaardigd. In 1949 schafte Piet van der Grinten het gebruik van deze chemische kleurstoffen volledig af omdat hij bezorgd was over de veiligheid daarvan (voor boter werden vanaf het begin slechts natuurlijke grondstoffen gebruikt).
Bij het coaten van de diazolaag op papier worden oplosmiddelen gebruikt, die aanvankelijk in de buitenlucht geloosd werden, maar vanaf 1983 voorzag Océ coating machines van condensatiekasten opgenomen die 97% van de gebruikte oplosmiddelen afvingen voor hergebruik.
In 1990 zette Océ een afdeling “asset recovery” op, waarin teruggehaalde afgeschreven apparaten werden gedemonteerd voor hergebruik van de bruikbare onderdelen.
Kopieerpapier bestaat voor meer dan de helft uit gerecycleerd papier.
Vanaf 2011 verkocht Océ ook kopieerpapier gemaakt van 100% oud papier, “cradle-to-cradle”-gecertificeerd.
Ook in de apparaten volgde de ene na de andere milieusparende innovatie:
De Océ 7050, de eerste ECO-copier met ultra laag standby vermogen en geschikt voor recycling. (1995)
De Océ VarioPrint 6000, een hoog-productieve printer die direct dubbelzijdig kan printen en daarmee papier verbruik tot 50% kan verminderen (2006)
De Océ CPS kleurenprinters, die geen ozon uitstoten (2007)
De Océ ColorWave 600, met emissievrije full colour inkjet technologie, die vaste niet toxische resttoner heeft (2008)
De Océ varioPrint 130, met ultra laag energie verbruik en zonder ozonuitstoo (2011)
Standaarden waaraan Océ-producten in de loop van de tijd hebben voldaan:
ISO 14001: de ‘global environmental management standard certification’.
EPA – (US) Environmental Agency
UN Global Compact
Blaue Engel
Energy Star